Literatuur | Weeda: in Midden-Europa gewoonlijk op zonnige, droge, min of meer open plaatsen op kalkrijke zware grond. In Nederland mogelijk ingeburgerd op enkele plaatsen nabij de kust. Houdt al vele jaren stand in berm in Zeeuws-Vlaanderen, in soortenarme begroeiing met Elytrigia repens, Rubus caesius en Daucus carota. Oberdorfer: In struweelzomen, langs akkerranden en langs wegen, ook in hakvruchtakkers en op braakliggende akkers, op matigdroge, voedsel- en basenrijke, basische leem en loess. Ellenberg: F = 3 (droog), R = 9 (basisch). |