| Code | Naam | Auteur | Standaardlijst | Vlaanderen | juncusub | Juncus subnodulosus | Schrank | | Nederland | 688 | Juncus subnodulosus | Schrank | |
Voorkomen binnen ecotooptypen op basis opnamenbestand Nederland | Ecotooptypen | N | Presentie % | Bedekking % | % verklaard | S28 | struweel op natte zeer voedselrijke bodem | 13.44 | 6.7 | 1.59 | 22 | V17 | watervegetatie in matig voedselrijk water | 228.72 | 8.2 | 1.31 | 40.1 | G27 | gesloten korte vegetatie op natte matig voedselrijke bodem | 376.47 | 7.8 | 1.13 | 55.8 | bV10 | verlandingsvegetatie in brak water | 21.61 | 8.1 | 0.78 | 66.6 | V12 | verlandingsvegetatie in voedselarm zwak zuur water | 43.87 | 8.9 | 0.63 | 75.2 | G22 | gesloten korte vegetatie op natte voedselarme zwak zure bodem | 165.97 | 8.2 | 0.51 | 82.3 |
Resulterende indeling soortengroepen | V16 | verlandingsvegetatie in matig voedselrijk hard water | G27 | gesloten korte vegetatie op natte matig voedselrijke bodem |
Discussie | Oude indeling | V16, G27 | Wijziging vooraf | | Literatuur | Weeda: in verlandings- en oevervegetaties die, althans van oorsprong basenrijk zijn; kan met zijn diep reikende wortels contact houden met voedselrijkere diepere lagen terwijl de bovengrond verzuurt en verarmt; in uiteenlopende verlandingsvegetaties: drijftilvegetaties, moerasvaren- en veenmosrietland, zegge-trilveen en blauwgrasland, vaak samen met Phramites australis, Peucedanum palustre, Equisetum fluviatile, Potentilla palustris, Lythrum salicaria, Carex lasiocarpa, Lysimachia thyrsiflora, Calliergonella cuspidata. In natte duinvalleien gewoonlijk lager in de zonering dan Knopbies, langs duinplassen aan de binnenzijde van de oevervegetatie, achter Scirpus lacustris ssp. tabernaemontani, Typha angustifolia en/of Phragmites australis, met als begeleiders onder meer Mentha aquatica, Parnassia palustris, Hydrocotyle vulgaris, Hypericum quadrangulum en Lythrum salicaria. Oberdorfer: op meest kalkhoudende, vaak ook zout bevattende, neutrale tot basische veen of moeraskalk. Zie par. 5.2 Toetsingsrapport (Runhaar e.a. 2003) over te ruime indeling opnamen bij brak. | Conclusie op basis literatuur | -G22? +G23? | Conclusie op basis verdeling over ecotooptypen | +bV10 | Voorstel wijziging | V17 -> V16, +G23 | Toelichting voorstel | Han: ook brak (bV10) ? ook nat basisch (G23)?
Wouter: ook veel in natte kalkrijke duinvalleien | Commentaar referenten | KG: niet in brakke milieus, in duinvalleien veelal op verstoorde plaatsen (voedselrijke kwel e.d. a.g.v. infiltratie voor waterwinning). Ook in veenmosrietlanden in voedselrijkere zones. Landelijke verspreiding: Bollenstreek en de veenweidegebieden. Geen reden om V16 boven V17 te kiezen!! Ik twijfel bovendien aan V, want de soort staat bijna altijd op land, niet in het water. Mijn voorkeurindeling: alleen G27. | Reactie | weggehaald bij voedselarm | Resulterende indeling | V16, G27 |
|