Ecotopensysteem van Nederland en Vlaanderen - soorten

Venster sluiten

 CodeNaamAuteurStandaardlijst
VlaanderenorobaminOrobanche minorSmith
Nederland901Orobanche minorJ.E.Smith

 

Voorkomen binnen ecotooptypen op basis opnamenbestand Nederland
EcotooptypenNPresentie %Bedekking %% verklaard
G43 gesloten korte vegetatie op vochtige voedselarme basische bodem1.460.50.0179.9
G47kr gesloten korte vegetatie op vochtige matig voedselrijke basische bodem3.530.193.8

 

Resulterende indeling soortengroepen
G47 gesloten korte vegetatie op vochtige matig voedselrijke bodem

 

Discussie
Oude indelingG47
Wijziging vooraf
LiteratuurWeeda: in de eerste plaats bewoner van zonnige, matig droge, kleiige bermen met een tamelijk ruige begroeiing van Glanshaver, Peen, Grote kaardebol en dergelijke. Soms tussen lang gras of nabij struweel in krijthellingen. Voorts in klaverrijke pionierbegroeiingen in klei- en kalkgroeven. Oberdorfer: op vochthoudende, basenrijke (vaak kalkloze) leemgrond, in Duitsland vooral in droge 'vette' graslanden, soort van de Arrhenateretalia. R=7 (neutraal).
Conclusie op basis literatuur-
Conclusie op basis verdeling over ecotooptypen(G47->G47kr)
Voorstel wijziging-
Toelichting voorstelHan: in Nederland gebonden aan kalkrijke milieus (G47kr)?
Commentaar referenten KG: verspreidingsbeeld (300 kmhokken) suggereert G47kr, want de soort komt vooral in Zeeuws Vlaanderen, de zak van Zuid-Beveland en oostelijk zuid-Limburg voor.
ReactieVerspreidngsbeeld kan ook gevolg zijn van klimaatsomstandigehden. Vanwege onzekerheid niet ingedeeld als obligaat kalkminnend.
Resulterende indelingG47